Drieluik: Systemische wijsheid in het sociaal domein en jeugdhulp (2)

Hoe kun je nu met een systemische bril kijken naar vraagstukken waarmee jij te maken hebt? Het blijkt dat we niet altijd even effectief naar situaties kijken en dat vragen zich blijven herhalen. We hebben de neiging om problemen die we willen oplossen te individualiseren. Oftewel: we halen er een element uit en gaan dat proberen te fiksen. Maar dat element gaat weer terug in het gezin, school, buurt, woongroep, werk etc. Dat betekent: een mens is altijd in verbinding met zijn omgeving. Dus de een mens ‘fiksen’ of daar een gedragsmatige of cognitieve benadering voor bedenken, wil niet altijd zeggen dat dat ook effect heeft.

Oké, de systemische bril heeft ook niet altijd de waarheid in pacht, maar het kan wel helpen om anders te kijken naar de vraag waarmee je te maken hebt. Want de manier waarop je kijkt maakt enorm veel uit. Kijk je bijvoorbeeld vanuit een tekort? Bijvoorbeeld: loopt het niet lekker, omdat iemand competenties mist? Dan kun je aan de slag gaan met het versterken van die competenties en vaardigheden. Of misschien heeft het vraagstuk waarmee je te maken heeft een gebrek heeft aan relaties of verbinding? Dat de relatie om herstel vraagt. Een mens is in staat om veel meer te leren als hij zich geliefd en verbonden voelt met anderen. We zijn in de meeste gevallen geen individuele, op zichzelf staande, autonome wezens, nee, we worden enorm beïnvloed door onze omgeving, waar we zijn en dus ook door de relaties die we wél en niet hebben.

Dat betekent ook dat de manier waarop je kijkt heel context-gebonden is. Je kunt op verschillende manieren naar gedrag of uitspraken kijken. Bijvoorbeeld: ik ben hongerig. In relatie tot een land waarin weinig eten is en men ondervoed is en er echt letterlijk honger is, is het totaal anders dan wanneer jij ‘hangry’, omdat je te weinig hebt gegeten en je kunt ook hongerig naar informatie zijn. Allemaal bekeken van uit een andere context.

De manier waarop je kijkt, is dus bepalend. Maar hoe kijk je nu meer systemisch? Hoe kun je dat meenemen in je werkzaamheden en daarvan leren? Deze eerste stappen in het systemisch perspectief kunnen je helpen.

‘Ieder mens is onderdeel van systemen’

  1. Neem een insluitende houding aan in plaats van uitsluitende houding. Dat wil zeggen dat je je oordeel uitstelt. Dat je meerdere perspectieven een plek kunt geven. Zowel positief als negatief. Iedereen heeft en krijgt een plek. Vaak sluiten we onbewust of bewust uit, omdat het ingewikkeld is of conflicten veroorzaakt. Maar het hoort erbij. Soms is het er gewoon en hoef je er niks mee. ‘Lead from behind’ oftwel: zonder oordeel de ander kunt steunen en adviseren, met oog voor alle scenario’s. Dat betekent dat je in je houding bewust bent dat je passagier bent. Jij zit niet achter het stuur.

  1. Maak gebruik van de kracht van je netwerk en dat jouw netwerk ook een wijsheid hebben. Zij zijn onderdeel van de binding, van de relaties die hersteld willen worden. Dit doe je door circulaire vragen te stellen, met als doel om andere perspectieven te horen. Wat zou je vader zeggen? Hoe zou de buurvrouw reageren? Juist vragen aan andere gezinsleden of anderen die betrokken zijn in het systeem geeft zicht in verborgen loyaliteit en belangen. Als daar niet naar geluisterd wordt, is het logisch dat er gedoe ontstaat, omdat het niet stroomt over en weer.

  1. Als het hart van de macht het echt wil, is de verandering binnen 24 uur gerealiseerd (bron: Jitske Kramer). Dat betekent dat daar waar echt invloed is, daar ligt ook de loyaliteit én de kracht van transformatie. Dus ontdek je dat verandering onvoldoende van de grond komen, dan lijkt het alsof je het hart van de macht nog niet hebt gevonden. Dan is er nog een verborgen invloed, een loyaliteit die de verandering tegenhoudt en zul je ook vragen moeten stellen waarom is het logisch dat dit niet lukt? En waar ben je misschien nog trouw aan?

  1. Wees je bewust dat gedrag in relatie staat met de context. Dit vraagt dat je meer uitzoomt dan inzoomt. Je duikt niet in de details, maar stelt verhelderende vragen, zoals: welke relaties en verbindingen zijn er? Van wie ben jij er een? Welke overtuigingen zitten daarin? Welke invloed heeft de omgeving? En hoe beïnvloeden deze systemen, het gezin, de wijk, vrienden, school, sport elkaar en de vragen die je krijgt. Stel een kind laat complex gedrag in de klas zien. Welke relatie heeft dat misschien met thuis? Als het gedrag alleen in de klas is, moet je je afvragen of je het kind moet veranderen of dat je juist moet kijken naar de context. Wil het kind iets zeggen over het systeem waar hij in zit? Misschien is er gebrek aan verbindingen of relaties? Komt het gedrag wel op meerdere plekken voor dan kun je kijken hoe die verschillende plekken elkaar beïnvloeden. Wil je hier meer over lezen? Tip: lees eens wat meer over de theorie van Bronfenbrenner.

Systemische oefening
Visualiseer eens in de vraagstukken waar je voor staat rondom een cliënt, een jeugdige, een gezin, inwoner, hulpvrager, eens een tafel waar iedereen die belangrijk voor die persoon is, aan zit. Met hun eigen perspectief. En kijk dan ook hoe alle wijsheden, positief en negatief, een rol hebben. Als je met een systemische bril kijkt, heb je meer kans, als je dit vaker doet, dat je tot gezamenlijke besluiten komt en meer recht doet aan je rol en positie. Hoe jij van belang bent in het vraagstuk en leven van de ander.

Meer tips over hoe je systemisch kunt kijken naar vraagstukken? Lees ook de andere artikelen in dit drieluik: Drieluik: Systemische wijsheid binnen het Sociaal Domein en Jeugdhulp (1) en Drieluik: Systemische wijsheid in het sociaal domein en jeugdhulp (3)