Het systemisch perspectief van een verklarende analyse

Ben jij een jeugdprofessional die regelmatig te maken heeft met meervoudige, complexe problemen binnen gezinnen? En biedt een standaardanalyse niet de juiste resultaten? Verdiep je dan in het systemisch perspectief van een verklarende analyse en wat jouw rol hierin is en die van het gezin. Hoe kom je samen tot een analyse die naar een gewenst resultaat leidt? Het richt zich op de verschillende rollen en perspectieven en verbindingen van gezinsleden. En hoe dit samen een geheel vormt. Je maakt met het gezin, dus vanuit meerzijdige partijdigheid, een verklarende analyse. Samen wordt er gekeken naar het ontstaan van de problemen, de factoren die het in stand houden, maar ook naar wat het erger maakt en welke factoren de problemen verminderen, en eventuele factoren die eerder in de familiegeschiedenis hebben gespeeld en nog steeds een rol (kunnen) spelen in het hier en nu. Daar zijn we ons niet altijd bewust van. Daarmee probeer je zo compleet mogelijk te zijn in een schets van de huidige situatie. Het gaat echt over hoe het gezin ernaar kijkt, jij, als professional faciliteert het proces, je bent nieuwsgierig, zoomt in en uit en stelt verdiepingsvragen. De start van deze analyse kost tijd, maar is ook een soort interventie, want je geeft samen woorden aan een chaotisch proces.

Wanneer maak je gebruik van een verklarende analyse? Als het niet lukt om meervoudige, complexe problemen, op een juiste manier te doorbreken en er een integrale aanpak nodig is. Wanneer je voelt: dit is groter en ontdekt dat de problemen zich binnen meerdere systemen voordoen zoals op school, bij sport, vrienden of in de buurt. Je maakt vervolgens vanuit een systemisch perspectief een gedegen analyse besluit nemen over de volgende stappen die leiden naar de gewenste situatie. Het belangrijkste uitgangspunt van de verklarende analyse is dat het altijd tot stand komt in samenwerking met de gezinsleden. Oftewel: de kwaliteit van jouw samenwerking bepaalt het resultaat. Geen vragen om aannames te toetsen, maar omdat je nieuwsgierig bent naar de wijsheid en potentie van het gezin zelf. En hoe kan ik daaraan bijdragen i.p.v. ik weet wel hoe het zit.

De verklarende analyse gaat ook uit van de zelfdeterminatietheorie: ieder mens en de hulpverlening die je hebt, is het meest succesvol als er basis is van verbondenheid, de ander zelfcompetent is en autonomie heeft. De interventie van de professional zou daarop zoveel mogelijk moeten aansluiten en aan moet zetten tot: zelf kiezen, zelf kunnen en het aangaan van verbindingen met anderen stimuleren. Vaak ontstaan problemen door een gebrek aan verbinding of omdat we uit verbinding zijn gegaan. Meestal zijn problemen een symptoom en niet hét daadwerkelijke probleem. Daar kun je je systemische wijsheid op inzetten. Het is jouw rol als professional om andersoortige vragen te stellen die minder uitzoomen op het probleem, maar meer uitzoomen op: in welke situaties komt dit (nog meer) voor? Wie herkent zich daarin? Hoelang is dit probleem al? En daarmee ga je, als je kijkt naar procesmatig werken met de verklarende analyse, al een eerste stap maken.

TIMM Consultancy en Het Lock gaan uit van een aantal fases als je aan de slag gaat met de verklarende analyse vanuit een systemisch perspectief. Deze begint bij de kwaliteit en samenwerking met de relaties die je hebt waarin je op zoek gaat naar meerdere perspectieven: hoe zou school de hulpvraag formuleren? Het kind? En de ouder? Wat is de wisselwerking van de omgevingsfactoren in het gezin? Wat vragen kinderen van hun opvoeders? Zijn alle opvoedvaardigheden aanwezig? Hoe gaat het op school? En in andere omgevingen? En wat is de sociale interactie tussen deze omgevingen? Hoe zijn de verbindingen? Ervaren de opvoeders en kinderen/jeugdigen ook steun in deze sociale relaties? En hoe ziet dat er dan uit? Als je dat verhelderd hebt, dan kun je de schaalvraag stellen: hoe urgent is de hulpvraag?

In deze eerste fase waarin je start bij de kwaliteit en verschillende samenwerkingen, zou je de theorie van Bronfenbrenner kunnen gebruiken, die gaat over ecologische systemen. Oftewel: systemen waarbinnen gedrag beïnvloed wordt. Hij visualiseert dit met een grote stip in het midden met daaromheen een aantal ringen. De stip is het individu en de ringen staan symbool voor verschillende systemen. In de 1e ring gaat het om de verbinding en interactie met mensen die dicht bij het gezin staan. De 2e ring gaat over de interactie met de sociale omgeving, maar gaat ook over de verbinding met eerdere generaties. Hoe leeft de geschiedenis door in het nu? Familiegeheimen geven vaak gedoe in generaties verder. Die processen werken door. Die bespreek je ook in deze ring. De 3e ring gaat over cultuur, werk en religie. En hoe die processen het gezin beïnvloeden. Gedoe op het werk, heeft invloed op thuis. Of een nieuwe gezinssituatie na een scheiding. De 4ering gaat over de wetten, waarden, gewoonten die van invloed zijn op de samenleving waarin je leeft. Bijvoorbeeld polarisatie. Dat klinkt groots, maar kan wel degelijk invloed hebben de keuzes op het gezinssysteem. De laatste ring is de tijd waarin je leeft en als je systemisch aan de slag wilt met gezinnen, maak dan een tijdlijn/levenslijn vanuit de verschillende perspectieven. Welke markante gebeurtenissen zijn er geweest? Als je die tijdlijn hebt gemaakt en het netwerk in kaart hebt gebracht, kies dan voor een patronenreflectie om samen met het gezin patronen te herkennen. (Meer weten over patronen? Luister deze podcast).

Een zestal vragen als je de tijdlijn hebt gemaakt en wilt reflecteren:

  1. Wat komt hier steeds terug?
  2. Is dit patroon er vanaf het begin?
  3. Is het patroon ook in te delen in sub-patronen. Zijn er deelgebieden of symptomen?
  4. Wat is dan het overkoepelende thema van het patroon? Bijvoorbeeld: verlies, scheiden, geweld
  5. Wat is logisch aan het patroon? Waarom gebeurt dit?
  6. Waar is dit patroon een oplossing voor? Het is ooit bedoeld als oplossing ergens voor.

Met dit soort vragen, het uitzoomen, en de samenwerkende relatie die je aangaat, kom je op een andere manier tot die verklarende analyse.

De verklarende analyse bestaat dus in eerste instantie uit de samenwerken aan de hulpvraag, de tweede fase richt zich meer op de jeugdige en omgeving en hoe dat meer zich tot elkaar verhoudt met als doel: het kind en de ontwikkeling veiligstellen vanuit de ontwikkelingsbehoefte van de jeugdige. Wat zijn de ontwikkeltaken van de jeugdige? Wat hebben kinderen nodig? En wat vragen zij hun opvoeders? Hoe zijn de opvoeders zelf opgevoed? Wat is de kwaliteit van ouder/kind-relatie. Is er iets ‘groters’ wat nog aandacht vraagt? Want soms lopen opvoeders zelf nog met onverwerkte trauma’s waardoor ze onvoldoende aan kunnen kijken wat hun kind nodig heeft. En is eigenlijk het gedrag van hun kind een reflectie van hun eigen gedrag. Vervolgens breng je de omgevingsfactoren in beeld. Waar hangt het mee samen? Daar hoort ook je info van de tijdlijn in thuis en de info van Bronfenbrenner die je eerder hebt geanalyseerd en besproken. De gezins- en omgevingsfactoren kunnen enorm leidend zijn in de situatie van een jeugdige. In de derde fase ga je kijken naar stress en coping. Welke vaardigheden hebben gezinsleden om hiermee om te gaan? En hoe zijn de interacties onderling?

In de vierde fase kijk je naar draagkracht en draaglast. Wat zijn de lasten, maar ook wat zijn de krachten? Wanneer doen de problemen zich niet voor? En hoe ziet dat er dan uit? Wat je dan vervolgens doet, is op basis van de eerdere fases een soort opsomming maken van wat klachten en kansen zijn. Ten aanzien van de hulpvraag, het netwerk, de samenhang tussen de ontwikkelingsbehoefte van de jeugdige en de opvoedkwaliteiten en de stressfactoren, bedreigingen en welke kansen zien ze nog in ontwikkeling. Waar wordt hier hard gewerkt? Waar wordt hier gegeven? Vanuit systemische principes zijn het vragen die je stelt die gaan over de balans vinden tussen geven en nemen, te veel en te kort. Probeer met het gezin daar woorden aan te geven. Waarin zijn ze proactief en waarin niet? Wat wil beschermd worden? Dit zijn systemische vragen die je helpen om uit te zoomen en een relatie aan te gaan met het gezin.

De vijfde fase is: de analyse, het verhaal van de jeugdige en het gezin. Dat doe je op basis van samen gevormde hypothese. Hoe zit het hier en wat kunnen we leren? Die hypothese ga je samen verkennen. Je gaat, als jeugdprofessional, het verhaal schrijven vanuit de woorden van de gezinsleden. Je zou hen zelfs kunnen adviseren om het verhaal zelf te schrijven en hen vragen te laten beantwoorden zoals: hoe heb je de hulpvraag gesteld? Wat is er volgens jullie aan de hand? Hoe was de start van jullie gezin? Welke gebeurtenissen hebben impact gehad op het gezin? En je eindigt met: wat willen jullie allemaal? Wat is het verschil in perspectief? Wat is de gezamenlijke wens en wat is de individuele wens? Waar willen jullie meer bij horen en waar minder? Vervolgens kun je een brug maken naar de gewenste toekomst: wat willen we wel? Welke woorden geven we daaraan? Er ontstaat een andere energie. Welke eerste kleine stappen zetten we nu al? Wat in onze geschiedenis heeft bijgedragen aan de stappen die we nu al maken? Wat nemen we mee de toekomst in?

Als laatste een schaalvraag: hoe gaan we nu verder? Wat zijn de doelen voor de lange termijn en welke voor de korte termijn? Hoe heeft dit proces daarin al een eerste stap gemaakt? Misschien heeft deze verklarende analyse vanuit een systemisch perspectief ertoe geleid dat er geen lang hulpverleningsproces nodig is, omdat je oprecht van relatie uitgezoomd hebt en woorden hebt kunnen geven aan de situatie. Op het moment dat je woorden geeft aan complexe processen resoneert dat al vanbinnen. Het gaat niet om de waarheid, maar dat dit iets bij mensen doet. Het gaat over verbindingen die je weer voelt, gevoel van erbij horen, mee kunnen doen. Daarom een pleidooi om de analyse óók meer te verbeelden met kaarten, poppetjes, blokken, een weegschaal. Iets wat het symboliseert. Juist het beeldend maken is het systemische perspectief die je toevoegt.

‘Kinderen doen niet wat hun ouders zeggen, kinderen doen wat hun ouders doen’

Boekentip om achter te laten bij gezinnen: ‘Hoe overleven we?’ van Francien Oomen.

Luister hier naar de leerzame podcast waarin Summer jou meer vertelt over het systemisch perspectief van een verklarende analyse.